Wie:
Jongens en meisjes
Leeftijd:
11 – 15 jaar (groep 8 en klas 1 en 2)
Wanneer:
Vrijdag van 19:30u tot 21:30u
Contact:
[email protected]
Wie:
Jongens en meisjes
Leeftijd:
11 – 15 jaar (groep 8 en klas 1 en 2)
Wanneer:
Vrijdag van 19:30u tot 21:30u
Contact:
[email protected]
Scouts zijn leden van de speltak van 11 tot 15 jaar.
Centraal in het Scoutsprogramma staan de veertien verschillende activiteitengebieden:
Om een mening te kunnen hebben, moet je dingen weten. Je wilt weten hoe de natuur in elkaar steekt. Je wilt weten hoe het is om moslim in Nederland te zijn. Hoe vies of schoon het water in de Rijn is. Waarom Max Havelaar koffie beter is. En als je genoeg weet, mag je een mening hebben. Bij Scouting mag je zeggen wat je vindt. Ook als je 11 bent. Ook kunnen de leiding altijd naar je luisteren.
Een Scout ontwikkelt z’n eigen talenten. Er is ruimte voor iedere Scout. Daarom is Scouting ook zo veelzijdig. Pannenkoeken bakken, zeilen, internetten, bruggen bouwen van touw en hout, zingen, kamperen onder een zeiltje, schminken, boogschieten, theater, vliegers maken… je kunt het zo gek niet bedenken.
Scouts zijn nieuwsgierig naar hun omgeving. In binnen- en buitenland. Een Scout wil van alle culturen in de wereld iets leren. En dat kan makkelijk, want in bijna alle landen zijn Scouts die jou ook graag willen leren kennen.
Geen beter leven dan buitenleven. Een Scout kan niet zonder de natuur. En dus ben je daar zuinig op. Dat is ook iets wat je belooft als je bij de Scouts komt.
Als je lid wordt van een Scoutinggroep krijg je te maken met je eigen ploeg. Het is een groepje van ongeveer zes Scouts waarmee je veel gaat samenwerken. De een is een kei in het navigeren op ‘t water, de ander heeft binnen vijf minuten het vuur branden. In een ploeg leer je van elkaar. Je zult merken dat de Scouts rekening met jou houden. Ze hebben iets voor je over. Dat komt omdat je iets moet beloven als je Scout wilt worden. De laatste woorden van die belofte zijn belangrijk:
Jullie kunnen op me rekenen.
Het hoogtepunt van elk jaar is het zomerkamp. Het ultieme avontuur. Met je eigen ploeg in een tent. Je eigen keuken bouwen. Je eigen potje koken. Op pad zonder leiding met kaart en kompas. Niet weten waar je ‘s avonds slapen zal. Dikke vrienden worden.
De leiders zijn eigenlijk de reisleiders van jouw ontdekkingsreis. Ze laten je zien hoe het moet, of hoe juist niet. Ze wijzen je de weg. Ze maken jouw avontuur mogelijk. Zij zorgen er bijvoorbeeld voor dat er een toffe plek voor het zomerkamp gereserveerd is. Ze zorgen ervoor dat de Scouts een eigen clubhuis hebben. Dat er hout is om vuur te stoken. Dat er tenten zijn. Dat er een plan is voor wat jullie gaan doen. Dat het veilig is wat jullie doen. O ja, en ze doen het voor hun plezier. Dus je hebt kans dat ze ook wel eens iets geks doen. Niks van aantrekken hoor. Doe gewoon even gezellig mee.
Je hebt het nu wel door: plezier staat bij Scouting voorop. Maar Scouting is meer. Bij Scouting ontdek je de wereld om je heen. En daar leer je van. Je verlegt steeds je grenzen op een avontuurlijke manier. Je leert je eigen verantwoordelijkheid te nemen. Als je straks 15 bent en naar de Explorers gaat, kan jij zelfstandig beslissingen nemen. Leiding wordt steeds meer begeleiding. Jij maakt je eigen avontuur. Je weet hoe je uitdagingen moet aanpakken. En daar heb je voor de rest van je leven voordeel van.